top of page
Quiasinon

Waar gaat die reis naartoe?

Bijgewerkt op: 9 nov. 2020

Een van de leuke dingen van de vrijeschool is de vertelstof, heb ik altijd gevonden. Op de eerste plaats omdat ik zelf erg van verhalen houd, maar ook omdat je aan de kinderen merkt hoe goed die vertelstof past bij hun leeftijd: het spreekt ze aan, vaak gaan ze er helemaal in op. Bovendien krijgen ze onnadrukkelijk een rijkdom aan cultuur mee. Via de vertelstof komen diverse oude volken voorbij. In de derde klas is dat de geschiedenis van het joodse volk.

Uit de oudtestamentische verhalen blijkt dat dit volk geloofde in één God. Maar in de vierde, vijfde en zesde klas is de beurt aan de werelden van de Germanen, Hindoes, Grieken en Romeinen. Deze verschillende culturen hebben één ding gemeen: ze kennen vele goden. In klas 6 werd het mijn zoon te gortig. Wat was ‘de’ waarheid? Die godenverhalen konden toch niet allemaal tegelijk waar zijn?


Of ik het maar eens uit wilde leggen. Zou er een engel zijn die moeders te hulp schiet bij moeilijke kindervragen? Het antwoord viel me bijna vanzelf in. Ik vroeg mijn zoon wat hij zag als hij op school uit de ramen van de verschillende klassen keek. Nou, het schoolplein natuurlijk… maar, ontdekte hij zelf al, je ziet vanuit elke klas een ander stuk en je ziet eigenlijk nooit het héle plein. ‒‘Zo is het ook met mensen en hun goden,’ legde ik uit. ‘Niemand kan de hele hemel zien. We zien allemaal een ander stukje.’ ‒ Waarop hij peinzend zei: ‘En als je niet in God gelooft, dan sta je natuurlijk voor het raam van de eerste klas. Want daar kun je helemaal niets van het schoolplein zien.’


Wat voor de met goden bevolkte hemelse werelden geldt, geldt ook voor de wereld waar de ziel van de mens naartoe gaat na de dood. Ook van die wereld bestaan er veel voorstellingen. En ook daarvan kun je je afvragen: wat is nu eigenlijk waar, hoe kunnen ze allemaal tegelijk waar zijn? Kan dat wel? Die vraag vind ik veel minder eenvoudig te beantwoorden. Van de Grieken kennen we de voorstelling van de wereld na de dood als een schimmenrijk, waar de zielen van de gestorvenen zich nauwelijks van zichzelf bewust zijn en een troosteloos bestaan leiden.


Veel minder troosteloos is de Germaanse voorstelling dat de ziel op drie slagvelden de strijd met zichzelf aangaat: het deel van de ziel dat de overwinning behaalt, betreedt als een held het Walhalla, het deel dat gestreden heeft maar verloren, wordt liefdevol door Freya ontvangen, en alleen het deel dat de strijd niet is aangegaan, komt in het schimmenrijk. Sinds Christus na zijn kruisdood in de onderwereld afdaalde, is dat schimmenrijk wel van de baan. In veel christelijke en ook voorchristelijke voorstellingen van het leven na de dood wordt beschreven dat de ziel niet in een wereld van eeuwige gelukzaligheid terecht komt (of in elk geval niet zomaar). De ziel van de gestorvene moet in de wereld na de dood een reis afleggen, en hoe meer ze tijdens haar aardse leven heeft geprobeerd om zichzelf te leren kennen, zich van zichzelf bewust te worden, des te beter zal ze zijn toegerust voor die reis.


Waar gaat die reis naartoe? In de koningsgraven van Egypte wordt de reis van de ziel in reliëfs op de wanden beschreven voor de koninklijke (ingewijde) ziel van de farao. Een mogelijk eindpunt van de reis is het stadium waarin de ziel ‘de zon om middernacht’ kan beleven, een term die ook in vroegchristelijke opvattingen over het leven na de dood terechtkwam. In de middeleeuwen ontstonden voorstellingen van een reis waarop de ziel eerst alles wat haar aan de aarde bond moest afleggen voor ze de hemelse wereld kon betreden. Dante beschrijft hoe hij als levende ziel langs de Louteringsberg omhoog gaat en de hemelse wereld binnengaat, waar zijn geliefde Beatrice ‒ misschien zijn eigen gelouterde ziel ‒ zijn gids is die hem de plek laat zien waar de gelukzalige zielen verblijven. Die plaats heeft erg veel weg van een zonnesfeer, van de zon te middernacht.


De meeste voorstellingen gaan voor zover ik weet niet verder: ze beschrijven de loutering van de ziel tot aan een toestand van rust, vrede en geluk die misschien overeenkomt met de zonnesfeer.


Misschien is het niet voor niets dat de voorstellingen niet verder gaan. Tijdens het verblijf in de zonnesfeer maakt de ziel een omkering en begint ze zich op een nieuw leven op aarde te richten. Voor die tijd, tijdens de louterende reis naar de zonnesfeer, is het voor ons op aarde mogelijk om de gestorvenen op hun reis te volgen en te begeleiden. Steeds meer mensen staan open voor de wereld van de gestorvenen. Ze voelen de nabijheid van hun gestorven geliefden en ontvangen troost van hen.


Die ervaringen kunnen heel verschillend zijn ‒ ook hier geldt dat iedereen zijn eigen stukje ‘ziet’‒ maar ze zijn er wel. Niet voor niets staat sinds een aantal jaren Allerzielen weer in de belangstelling. Maandag is het Allerzielen. De wereld van de gestorvenen is altijd om ons heen, niet alleen op 2 november. Maar het is goed om in elk geval één dag in het jaar te denken aan de gestorvenen en wat wij voor hen en zij voor ons kunnen betekenen.


Volg Tribute op Facebook voor het laatste nieuws en blijf up to date met wat er ECHT aan de gang is in de wereld!


Steun de vrijheidsbeweging, jouw toekomst en die van je geliefden. Deel dit bericht op social media en in je eigen netwerk. DOEN!



39 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page