Mientje en Jantje waren vol blijde zekerheid toen Mientje in verwachting was. Ze wisten heel absoluut dat zij hun kind de beste verzorging zouden geven die maar denkbaar is. Jantje en Mientje kenden elkaar al van toen ze nog nauwelijks wisten dat er een boze wereld was. Ze hadden elkaar gevonden bij het knikkeren op het schoolplein en ontdekt hoe fijn het was om met elkaar te spelen.
Jantje kon zich nog goed herinneren hoe de oude vader van Mientje hem eens vermanend had toegesproken: "Jantje, jongen, het gaat in de wereld om de knikkers en niet om het spel. "En, Jantje", voegde hij er aan toe, "het leven is vol gevaar." Dat begreep Jantje toen natuurlijk nog niet. Het duurde heel lang voor hij volwassen werd.
Hun kind kraaide en kirde in de wieg dat het een lieve lust was, ook geen wonder want het was vanaf het prille begin in de allerbeste watten gelegd. De wieg hadden Jan en Mien eigenhandig gemaakt; ze hadden aan alles gedacht. Ze waren de beste ouders die je je maar kunt voorstellen.
De box bleek veel moeilijker. Jan had wel tien verschillende modellen gemaakt, maar aanvankelijk was er geen enkele goed genoeg. In het begin, toen hun kind alleen nog maar op zijn rug lag, was er nog niets aan de hand. Maar toen het begon te kruipen kwamen de eerste zorgen. Stel je voor dat het omviel! Of tegen de spijlen stootte! Wie goed wil doen vindt altijd wel een oplossing.
Jan kreeg een geniaal idee, hij maakte een tuigje dat hij met touwtjes aan een rails boven de box bevestigde. Ze hingen het kind zo dat het met zijn knietjes en handjes net de grond kon raken. Het kind kon niet vallen en zich ook niet stoten. De bandjes van het tuigje waren gemaakt van het allerzachtste fluweel dat ze uit een ver land hadden laten komen. Een land waar het wettelijk was vastgelegd dat iedereen altijd gelukkig moest zijn.
Soms, als ze 's avonds in bed lagen, wilde de slaap niet komen. "Is er wat?" vroeg Mien dan aan Jan. "Nee hoor," zei Jan dan, "wat zou er moeten zijn?" Omdat ze elkaar al lang kenden zei Mien dan na een poosje: "Je denkt er vast over na hoe het moet als ons kind straks gaat lopen. En dan antwoordde Jan: "Helemaal niet, maar nu je het er toch over hebt..." Op die manier kwam er natuurlijk niet veel van slapen.
Onlangs was ik op bezoek bij het zorgzame echtpaar; ter gelegenheid van de 18de verjaardag van het kind. Het was een sober feest. Jan en Mien zagen er zorgelijk uit, ze deden hun best om vrolijk te kijken, dat wel. Het bleek al gauw dat ze financiele problemen hadden. "Ik dacht dat je een leuke verzameling knikkers geërfd had van je vader," zei ik tegen Mien, "daar had je toch zorgeloos van kunnen leven?"
"Dat is zo, "antwoordde Mien, "we hebben zoveel verzekeringen voor het kind afgesloten dat al onze knikkers daaraan besteed zijn." "Hoe gaat het met het kind?" vroeg ik haar. Mien leefde op en zei trots: "Kom maar kijken." Ze nam me mee naar de tuin en daar stond een soort betonnen kubus met erin een holte met een raampje en een deur. Het kind paste er precies in. "Absoluut veilig," zei Mien, "zelfs als er een vliegtuig op valt kan er niets gebeuren." "Is het kind gelukkig" vroeg ik voorzichtig. Ze zei, "we hebben het jarenlang les gegeven in het invullen van formulieren en het kan alles aanvragen wat het nodig heeft, ook als wij er niet meer zijn. Een poosje geleden echter vroeg ons kind of er ook een formulier is voor geluk, maar dat hebben we nog niet, we werken hier nog aan."
Een paar weken later besloot ik het kind zelf te bezoeken. Ik deed de deur van de betonnen bunker open en zei opgewekt: "Goede morgen." "Mag ik uw legitimatie zien," antwoordde het kind meteen. Ik vatte de koe bij de horens en riep: "Kom naar buiten, waarom blijf je in die bunker zitten? Ga wat doen; dat is toch veel leuker?" Het kind staarde me strak; de ogen gingen schichtig heen en weer; van mij naar de bomen, naar de spinnende poes in het gras, de vogels, de bloemen en de bijtjes. Het gelaat liep plots rood aan, werd daarna lijkbleek en onverwachts schreeuwde het: "Laat me met rust." En gooide met een harde klap de deur dicht.
Bron: Bram Moerland
コメント